vrijdag 5 november 2010

Achtergrondgeluid: Georg Kreisler, die ik heb leren kennen tijdens de lessen Duits


(Even melden dat ik tot hiertoe bijna twee weken achtersta en de redenen daarvoor kunnen jullie hieronder lezen. Het voornaamste zal ik jullie meegeven: tijdsgebrek. Het is ongelooflijk hoe weinig tijd ik heb om gewoon een keertje rustig op mijn gemak een boekje te lezen. En meestal als ik dan neerzit, lees ik verplichte literatuur, waaraan maar geen einde lijkt te komen. In ieder geval: veel leesplezier en ja, het is een heeeeel lange, mijn oprechte excuses.

Magali zit op Skype en ik op mijn bed. (dit deel is onveranderd gebleven sinds het moment van productie tot publicatie red.) Ik kan niet slapen, omdat Magali op Skype zit en omdat ik hier precies altijd honderdduizend keer per nacht wakker wordt. De reden daarvoor weet ik zelf niet. En als ik dan eindelijk slaap, moet meneer de Australiër per se om vier uur ’s morgens opstaan en heel de tijd van de keuken naar zijn kamer ‘schuifelen’, grrr. En als ik dan weer slaap, beslist mijn wekker om eens van zich te laten horen.
Maar goed, dat is maar een kleinigheid. Wat ik vorig weekend (twee weken geleden red.) heb meegemaakt is van groter belang. Enfin, belang, dat is hoe je het bekijkt.
Vrijdag ging ik naar school met een kleine kater. Dat was lang geleden. Ik was al bijna vergeten hoe verschrikkelijk dat is. Gelukkig moest nog meer dan de helft van onze klas een presentatie houden over kunst. Die van mij ging uiteraard over de extreem schrale ‘Cloaca’ van Wim Delvoye en zijn getatoeëerde varkens, Jan Fabre met zijn keverfetisj en Panamarenko, omdat dat een Russische generaal was tijdens de Koude Oorlog. Dat wist zelfs de leerkracht! Iedereen luisterde aandachtig naar wat ik te zeggen had, ook al wist ik dat ik de enige ben, die zich voor moderne kunst en muziek interesseer, dat hadden mijn leerkracht en klasgenoten al duidelijk gemaakt tijdens de vorige lessen. De presentaties van de Chinezen, laat ik ze veralgemenen, waren…kuch…niet goed.(Slecht red.) In hun derde jaar universiteit kunnen zij nog steeds geen eenvoudige spreekbeurt geven. Hun onderwerpen waren interessant, ze vertelden over de Pekinese opera en over hun gastronomie (creepy), nu ja, vertelden, eerder aflezen van hun eigen slechte vertaling vanuit het Chinees.
Daarna gingen we op ‘excursie’ door de stad. Het was koud, er lag (eindelijk) wat sneeuw, maar we zagen wééral hetzelfde. Volgens mij zijn de twee kerken bij de universiteit de énige bezienswaardigheden in Irkutsk… Alle Chinezen wilden ook kennis maken met ons, zodat ze vanaf nu, telkens we hen tegenkomen en al lang hun naam of gezicht vergeten zijn, iets té enthousiast beginnen zwaaien…Rare jongens, die Chinezen.
’s Avonds stond er ons een lekkere maaltijd te wachten. Ryonska, de Japanner, had in zijn zatte bui gezegd dat hij sushi ging maken voor ons. Blijkbaar had hij geen last van een zwart gat, want ’s avonds kwam hij met alle ingrediënten en zijn kamergenoten naar de kamer van Kasia en Claire, om sushi te maken. Ik had ook geen zwarte gaten, maar was wel vergeten dat ik tegen Galja had gezegd dat ik die avond naar de kapper wilde. Toen wist ik echter nog niets van de sushi. En de keuze tussen sushi of kapper is snel gemaakt. (Hoewel het toch een beetje moeilijk was red.) Zelf mocht ik ook een rol maken, helemaal niet moeilijk. “Als je rijst en de уксус voor sushi hebt, kan je in principe sushi maken”, vertelde hij ons. In ieder geval was het enorm appetijtelijk, vooral met de speciale wasabisaus, die ze hadden gemaakt. We praatten daarna nog wat, met een overvolle maag en gingen dan slapen. We moesten uitgerust zijn voor het volgende diner.
Want zaterdag heeft Iris, uit Taiwan, voor ons gekookt. Weer was het veel te lekker en heb ik bijgevolg veel te veel gegeten. Ze had een gerecht gemaakt, dat ik sowieso nog eens ga proberen te maken. De saus bestaat uit coca-cola (!), sojasaus, peper en zout. Daarin wordt dan spek gekookt en daarna opgegeten. Man, lekker…ècht lèkker. En weeral goedkoop. Maar omdat iedereen hier zo zijn best doet, ben ik van plan vrijdag voor hen frieten te bakken. Woensdag ga ik al eens een keertje proberen, want iemand vertelde dat de vorige keer de keuken in brand was gevlogen…spannend!!! (Bij het bakken van de frieten werden ze direct zwart. De olie was te heet. Paul, de Engelsman, zei ons om op te geven, hij had het al zoveel keer geprobeerd, maar het was hem nog nooit gelukt. Wij zijn echter echte Belgen en frieten bakken zit in ons bloed. We gaven niet op en het resultaat daarvan kunnen jullie iets verder naar beneden lezen. red.)
Zondag was het weer een drukke dag voor ons. We moesten vroeg opstaan omdat Zhenya, een meisje uit Angarsk en onze klasgenote, een…excursie had voorbereid! En wééral langs de twee kerken en het eeuwige vuur. Zij vertelde echter de geschiedenis, met jaartallen en interessante weetjes. De weetjes werden echter minder interessant door de koude die stilaan door mijn 6-laagse kleding glipte. De knop van mijn jas was er ook niet tegen bestand en viel er de volgende dag dan ook professioneel af, om er later professioneel weer aangenaaid te worden, door Magali weliswaar. Waarvoor dank.
Terug in de обшежитие stonden we klaar om een film te schieten. Voor de les Duits hadden we interviews moeten afnemen bij mensen die zich al eens gediscrimineerd voelden of zich nog steeds gediscrimineerd voelen. Daarna moesten we bedenken hoe we dat creatief konden voorstellen. Uiteraard gilden de Russische studenten: “Een film!” Ja, lap, weer veel werk. Zondag was het dan zover. We interviewden enkele mensen uit onze общежитие omdat Russen hier vaak buitenlanders ‘ausgrenzen’. Vooral uit Azië en Midden-Azië.  Onze klasgenoten kwamen aanzetten met digitale fotocamera’s en filmden zo, dat de film helemaal onbruikbaar was. Gelukkig heeft Magalie haar videocamera bij. En wie ging de film monteren en ondertitelen? Oei, daar hadden ze nog niet aan gedacht. Gelukkig ben ik dan zo vriendelijk geweest om mij kandidaat te stellen, zeker niet omdat ik dat graag doe. Uiteindelijk is de film afgeraakt, een pareltje (voor een amateurfilm), al zeg ik het zelf. (Zelfs de collega van onze leerkracht heeft me dat persoonlijk gezegd. Eens dikkenek, altijd dikkenek red.) De ondertiteling was nog het moeilijkste werkje. De ene sprak te stil, de andere verzon Engelse woorden…Misschien zet ik het filmpje nog op youtube en de enige vraag die ik jullie zal stellen: wie zou de tweede persoon nu toch zijn?

Maandag was niet echt een bijzondere dag, ware het niet dat ik naar ‘Romeo en Julia’ ben gaan kijken. Op aanraden van onze leerkracht Russisch, weliswaar. Ik op mijn beurt zou het jullie NIET aanraden. Wat een klucht was me dat! Met stip op één de slechtse theateruitvoering die ik al heb gezien. Ik ben geen expert, dat weet ik wel, maar dit overtrof alles. De constructie die op het podium stond was…euhm…speciaal. Om het simpel te houden: links en rechts hingen trussen en aan elke truss hingen drie witte elastieken, die aan zandzakjes waren vastgemaakt. Daarmee schoven/gooiden de acteurs/dansers/zangers, de reden ontglipt me even. Elegant was het niet en nuttig of onderhoudend al helemaal niet. De acteurs spraken Russisch, wat ik niet goed verstond, het ging namelijk heel snel, en wanneer ze zich zangers waanden, zongen ze in het Frans, en jammer genoeg verstond ik dat evenmin en ontglipt me de reden daarvan ook. In het stuk speelden vier Julia’s en vijf Romeo’s, de reden...vraag maar niets. Het was vooral verwarrend. Daarenboven deed het theatergedeelte nogal avant-gardisch aan, een beetje experimenteel, terwijl het musicalgehalte veel te hoog lag. De liedjes deden me denken aan een romantische komedie van Disney. Schrecklich. En ik hou al niet zo van musicals…Uiteraard vroeg onze leerkracht onze mening tijdens de volgende les. Ik heb mooi gezwegen, want zij prees de opvoering de lucht in, al was het the King himself.

De volgende dag, dinsdag, zag er naar uit ook niet echt bijzonder te worden, maar het lot besliste er anders over. Na de les literatuur, waar we weer anderhalf uur onophoudelijk van het bord hadden afgeschreven, nodigde onze leerkracht, Ljoedmila, Magali en mij uit voor een kopje thee en een stukje taart. Toen de Belgische jongens voorbijkwamen, nodigde ze hen ook gelijk uit. Er zou taart gegeten worden, dat verzekerde ze ons. ’s Avonds gingen we maar naar haar toe, omdat het toch ook een beetje onbeleefd is om niet op te dagen wanneer iemand je uitnodigt. Gelukkig (tja, hoe je het bekijkt) woont Ljoedmila niet ver van ons. We belden aan en begaven ons naar de hoogste etage. Daar werden we opgewacht door een open deur en uiteraard door Ljoedmila zelf. De gang was zeer klein en mondde uit in de eet- en woonkamer. Een zetel, een tafel, twee stoelen, een bureau met een computer, een grote kast en veel kleine hangkastjes vol boeken. Dat is ongeveer de inventaris van haar leefruimte. De keuken was piepklein, er konden amper twee mensen in staan. Maar al bij al was het een grote woning voor Rusland, en verbazingwekkend licht. Geen donkere tapijten aan de muur of druk behangpapier, neen, gewoon normaal, witgrijs behangpapier en de tapijten op de grond, zoals het hoort. Ze had, zoals beloofd, taart (massa’s red.) maar daarbovenop had ze nog eens gekookt voor ons. Enorm lekker moet ik eerlijk zeggen. Kool met kip en groentjes en een salade van rode biet, typisch Russisch, maar wel heerlijk. Iedereen heeft dan ook genoeg gegeten. De taart had ze niet zelf gemaakt, omdat ze geen tijd had gehad. Om een beeld te geven hoe de gemiddelde taart in Rusland eruitziet: zeker twaalf centimeter hoog, meestal chocoladecake met ertussen confituur of nootjes of slagroom en bedekt met een laag chocolade en vaak nog eens slagroom. Zwaar en veel, met andere woorden. Ik had de volgende dag nog steeds last van mijn maag.
Ljoedmila woont alleen met haar twee dochters en haar stapel boeken. Ze is zot van literatuur en al snel veranderde het gespreksonderwerp dan ook in literatuur. Voor even heb ik daar geen probleem mee, maar na een uur hield ik het voor bekeken. Ik wilde doorgaan, net zoals Willem en Magali, maar Kwinten was in zijn nopjes. Wanneer Ljoedmila even in de keuken stond, zeiden we tegen elkaar dat we stilaan door wilden. Het blijft echter moeilijk om te zeggen dat je door moet, zeker tegen je leerkracht die zo heerlijk voor je heeft gekookt. Maar goed. Toen ze terugkwam, begon Kwinten plots terug over een of ander schrijver die hij graag had of een of ander boek dat hij had gelezen…En we waren weer vertrokken. Uiteindelijk was het de dochter die onze redding bleek te zijn. Ze moest gaan werken en daarmee gaf ze haar moeder het signaal dat het al laat was. Held van de dag!

(Nu, 1 november 2010 om 21:03u, heb ik bangelijk lekkere chocoladesaus gemaakt en bangelijk lekkere groentesoep en Kostja, onze buurjongen, is een bom aan het ontmantelen in onze keuken…red.)

Woensdag was bijzonder noch spannend, maar des te grappiger. Jeanhuim, de Koreaan, had ons gevraagd mee te gaan naar Angarsk, om te vertellen over de universiteit, een soort Rotary. Verder heeft niemand ons aangesproken, dus gingen we maar mee als onwetende, naïeve meisjes. Gelukkig wisten de anderen ook niet wat er ging gebeuren, we waren niet de enigen. Aangekomen, kregen we een bonnetje voor een maaltijd. Ik had al een beetje gegeten voor ons vertrek, dus grote honger had ik niet. Ik bestelde щи, de Russisch variant van борщ en een theetje. De vrouw vroeg of dat alles was en ik antwoorde bevestigend. «Maar meisje,» zei ze (Geen idee waarom er ineens driehoekige haakjes komen en geen aanhalingstekens in de vorm van een komma. red.) «iedereen krijgt nog hoofdgerecht en een dessert.» Ik zei haar dat ik niets hoefde en kreeg in ruil een zucht en vragende blik...Sorry! Gelukkig was de soep wel enorm lekker, maar ze vulde enorm hard. Godzijdank had ik niets meer genomen.
Daarna gingen we allemaal naar de grote zaal, waar een woordje uitleg gegeven werd over de universiteit waar ik nu aan studeer, Иркутский государственний лингвистический университет of om het kort te houden: ИГЛУ. Daarna werd iedereen aangemaand naar een lokaal te gaan. We wisten absoluut niet waarheen we moesten en gingen maar mee met Caroline, die zelf ook niet wist waar ze juist moest zijn. Uiteindelijk heeft een vrouw ons geholpen en ons het lokaal gewezen waar Magali en ik zouden spreken. Eerst was China aan de beurt. Junsun, een Chinees (no shit, Sherlock) had een hele presentatie voorbereidt en een vrouw die bij hem was, hield zelf ook een heel betoog. Wij, daarentegen, stonden er met onze mond vol tanden en daarna was het onze beurt. We kregen onze ‘leerlingen’ en onze ‘supervisor’, de leerkracht Duits van die school. Toen zij binnenkwam, vroeg ze achter een presentatie. Wij antwoordden heel eerlijk dat niemand iets had gezegd over een presentatie. Nu ja, dan moesten de leerlingen maar vragen stellen en wij zouden die naar behoren beantwoorden. Op het einde was het de bedoeling dat we de drie beste sprekers uitkozen…euhm…een onmogelijke zaak. Ten eerste had niet iedereen zijn mond opengedaan, ten tweede is het verschrikkelijk grof tegenover de anderen iemand uit te kiezen en ten derde is zo’n systeem gewoon belachelijk. De leerkracht Duits echter, had er geen enkel probleem mee. “Ja, Elena heeft zeer goed gesproken, weinig fouten gemaakt. Oh, ja en zij ook en zij was iets minder…” Ziezo, opgelost…dachten we. Iedereen werd weer verwacht in de grote zaal waar de prijsuitreiking gebeurde…Weer stonden we daar met onze mond vol tanden. Ik heb dan maar snel snel met een meisje, waarover later meer, drie namen gaan vragen aan enkele meisjes van in onze ‘klas’. Net op tijd kon ik me bij de andere ‘инностранцы’ voegen, om de namen af te lezen, vergezeld van een boze blik van onze ‘leidster’. Het meisje, dat ik daarnet vermeldde, deed ook een presentatie over haar uitwisseling naar…Antwerpen! Ze toonde foto’s van haar op de Grote Markt, Groenplaats en van haar voor Lessius! Zotjes!
Bij het vertrek bleek Clement, de Fransman, al de hele tijd buiten te staan met een harem scholieren. (Een jaar of zestien, zeventien denk ik. red.) Bij het opnoemen van onze namen in het begin, was Clement als eerste aan de beurt. Hij wist niet wat te doen en ging maar naar voren. De rij achter mij en de rest van het vrouwelijke publiek, slaakten gezamenlijk een gilletje en zuchtten: “Ik ga sowieso luisteren naar hem.” “Wow, ik wist niet dat Fransen zo knap waren.” En andere nonsens waren her en der te horen. Grappig.
De вахтера had een verrassing voor me klaarliggen bij mijn thuiskomst. Een pakje met Humo’s, wiehaa! Die avond hebben we ook frieten klaargemaakt, een beetje mislukt, maar het smaakte.(zie vroeger red.) Het was onze voorbereiding op vrijdag, dan hadden we dertien (ja, 13!!!) gasten om frieten voor te bakken, maar daarover later meer.

Nu ik erover nadenk, donderdag was de eerste ‘normale dag’ van de week. Maar ’s avonds is er toch iets heel merkwaardigs gebeurd. Op de terugweg van een soort jeugdbeweging/studentenclub besliste de deur van de bus niet meer te sluiten. De chauffeur keek als een drugaddict naar zijn deur, maar reed uiteindelijk verder, met een open deur. Na een tijdje had hij er toch genoeg van en probeerde hij ze bij de volgende halte te repareren. Hij wrikte met zijn handen aan de deur, maar toen dat niet lukte, sleurde en sloeg hij de deur er in. Zonder succes, weliswaar. Bij de volgende halte haalde hij een schroevendraaier boven en hield die voor zich, alsof hij een schat had gevonden. Daarmee probeerde hij een slagboom te maken om de deur terug op zijn plaats te krijgen, weer zonder succes. Hij praatte even heel erg eng in zichzelf en stampte dan met alle macht de deur ‘in’. Toen begon ik een beetje bang te worden. Wij zaten namelijk vlak naast die deur…Ze heeft het uitgehouden tot twee haltes verder, dan viel ze er langs een kant volledig uit. We reden dus in een bus, met een gekke chauffeur en een deur die slechts langs één kant vasthing en de hele tijd lag te klapperen. Dan kon ik niet meer, het ging vanzelf, maar ik lachte de chauffeur en vooral de situatie pokkehard uit. Telkens stampte hij weer als een bezetene tegen de deur, maar twee haltes verder viel die er weer uit…Bahaa!

(reclame red.)

Het is zover! De fameuse frietavond! De hele week hebben mensen zichzelf uitgenodigd, want er zouden frieten gebakken worden. Magali en ik begaven ons na school direct naar de новий рынок waar je vers vlees, verse vis (er is een foto op FB, met het bassin) en veel exclusievere producten. We kochten 2,6 kilo goulashvlees, 5 kilo aardappellen, 16 grote appels, en al de rest. Magali heeft net zo bezeten als de buschauffeur de patatten liggen schillen en snijden, waardoor ze nu nog steeds een blein op haar hand heeft. En ik begon de instructies van ons mama te volgen om stoofvlees te maken en appelmoes. Een heel karwei, maar het was de moeite waard. Echt gewéldig lekker stoofvlees (al zeg ik het zelf), het was helemaal op en we krijgen nu nog steeds complimenten en de vraag hoe het te bereiden. Tot mijn verbazing is stoofvlees echt een van de gemakkelijkste gerechten evaah! De frieten waren een ander paar mouwen. We hadden amper de eerste helft voorgebakken of iedereen werd al ongeduldig. Je moet je voorstellen (en check ook de foto’s) vijf kilo frieten bakken in een pot van twintig centimeter diameter en ongeveer tien centimeter hoog…een werkje van lange adem. Eerst heeft Magali een hele tijd staan bakken en dan heb ik het overgenomen. Fjoew. Deze keer waren ze niet zwart maar overheerlijk!
’s Avonds, toen we nog met zes overbleven (Kwinten, Willem, Ryoske, Caroline, Magali en ik), begonnen we spelletjes te spelen. Uiteraard koos ik ‘zwarte pieten’, hét spel bij uitstek op een avond als deze. Maar het probleem was vooral de vertaling…Caroline vroeg hoe het spel heette. “Euhm…black…dicks?” Het was eruit voor ik goed en wel besefte wat ik had gezegd. Hilariteit alom. Daarna heb ik, maar niet alleen ik, nog enkel flaters begaan, maar de sfeer zat er dik in. Het was een gezellig avondje, maar toch niet voor herhaling vatbaar.

Om niet in herhaling te vallen, zal ik gewoon verdergaan met het leven van alledag, en dan nog meer alledaags: zaterdag. De eerste dag van het weekend en dus ook een beetje 'leerdag'. Ha! Niet dus! Laat opstaan, keuken kuisen en dan merken dat het al laat is en dat we naar het centrum moeten voor onze afspraak met Anatol'. (De jongen van op de bus die Engels wilde leren en met ons wilde afspreken. red.) Weer moest hij een kaarsje gaan branden in de kerk, en weer begon hij op ongepaste momenten te zingen. Maar hij heeft ons wel een winkel getoond, waar ze verse pistolets en baguettes verkopen, mmh. Al bij al was het nog wel leuk, ik heb weer wat Russisch gebrabbeld en mijn eerste focacciobroodje gekocht. Daarna was het tijd voor een andere afspraak, via Skype. Eindelijk, na bijna meer dan een week hadden mijn lover en ik tijd voor elkaar gevonden. Andere oorden, andere dingen te doen en vooral een verschrikkelijk fenomeen dat tijdsverschil heet. Enfin, het was leuk.
's Avonds had Misha ons uitgenodigd voor een danske in een nachtclub niet ver van onze общежитие. Het was een soort inwijding en feest voor de eerstejaars van onze universiteit. Omdat de clubs hier net zo laat opengaan als in België, hebben we vriendelijk aan de вахтера gevraagd of we wat langer mochten blijven. Tot onze verbazing en desondanks alle tips die Paul ons had gegeven, mocht het meteen. Omdat het de eerste keer was. In de club zelf draaiden de DJ’s op het gelijkvloers typische Russische fagdancemuziek, maar slecht waren ze niet. Op de benedenverdieping was het slechte electrodance-achtig iets. Maar we dansten, maakten plezier, tot plots de muziek stopte en het tijd was voor een dansje. Ik vraag jullie om op FB te kijken, want ik zou nogal grofgebekt daarover beginnen praten…schraal was het! Daarna kwamen er twee jongens die dachten dat ze de nieuwe Eminem waren…nooot! Dan vertelden twee kerels nog wat mopjes, die blijkbaar heel grappig waren, maar waarvan de clue me volledig ontglipte. En dan terug dansen. En terug stopte de muziek en was het weer tijd voor een marginale wedstrijd. Drie koppels (en één ervan was absoluut geen koppel) moesten op het podium komen. De jongen moest het meisje kussen op een onbedekte plaats, maar wanneer een plaats is geweest, mag niemand op die plaats kussen. Dan was het weer tijd voor Russische mopjes en dan had ik er genoeg van. Ik was al vrij moe, maar ofwel dans je, ofwel doe je een optreden, maar niet om de beurt. Magali en ik gingen dan maar te voet terug naar huis. Onderweg wilde ik de telefoonnummer van de вахтера zoeken, want zij moest de deur openen. Maar mijn batterij was plat, volledig. Mijn gsm was uitgevallen en zelfs de wrijf-de-batterij-warmtruc hielp niet. We hadden dus geen telefoonnummer meer...Om kwart na twee 's nachts werden we gedwongen om Willem te bellen, zodat hij beneden de nummer kon vragen. Zo zijn we uiteindelijk toch binnengeraakt.
De volgende dag was het de bedoeling om goed te leren en naar de winkel te gaan. Maar wat bleek, mijn portefeuille was verschwunden! Lap he. Ik heb direct naar cardstop gebeld, maar wat bleek, voor een bankkaart van Argenta heb je het rekeningnummer nodig én hoe veel te duur is zo'n gesprek?! Mijn geld was er allemaal direct door. Ik heb samen met Magali nog een mail in mijn mailbox gevonden met het rekeningnummer. Nadat we dat hadden opgeschreven, gingen we dan onze gsm opladen om nog eens naar cardstop te bellen. Deze keer zei de man aan de andere kant van de lijn, dat het nummer fout was, het kon onmogelijk van Argenta zijn.Waaat?! Ik was het beu, dus besloot ik om ons mama toch maar wakker te maken. In België was het namelijk nog maar 4 uur 's morgens...
In de namiddag ging Misha ons helpen bij de politie, voor een simpele pv, dachten we. Na eindelijk aangekomen te zijn bij het politiekantoor, bleek dat we voor verloren spullen ergens anders moesten zijn...typisch. Misha belde er dan maar gewoon naar. De politie zei dat het onmogelijk was om mijn portefeuille terug te vinden (no shit, Sherlock!) en dat daarvoor ook geen pv wordt voor opgesteld...Rusland.

Op dinsdag, 1 november, hield onze universiteit een soort infomoment voor toekomstige studenten. Elk land moest een presentatie voorbereiden over hun land en daarbij ook de taal in kaart brengen. Wij hadden het geweldige idee om een stukje van Kuifje na te spelen in verschillende dialecten. Ja, dat is een beetje gepikt van de lustige lezers...mijn excuses. Op de slideshow hadden we de prentjes van de strip in het Russisch gezet, zodat de leerlingen toch wat konden volgen. Het stukje dat we hadden voorbereid speelde zich af in een café en uiteraard hoort daar bier bij. Echt bier, natuurlijk. Op het moment dat we de geopende flesjes aan onze lippen zetten, begon iedereen spontaan te roepen en applaudisseren. Lachen met ons kleine Belgenlandje zullen ze vanaf nu niet meer doen! Na de 'voorstelling' wilde iedereen met ons, de buitenlanders, op de foto. De ene na de andere Rus(sin) vroeg of ze een foto met me mochten maken. Ik voelde me een beetje zoals de mascottes in Bobbejaanland...rare jongens, die Russen.

Kasia, de Poolse, ging haar nationaal gerecht klaarmaken op woensdag. Het werd pompoensoep (mmm red.) met zelfgemaakte pasta (mmm red.) en daarna een gekookte aardappel met zelfgemaakte kruidenboter en творог. Niet speciaal, maar wel lekker. En als je moet koken voor 17 man (!) snap ik wel waarom je dan voor een simpel gerecht kiest. Ik ken het gevoel. Voor 13 man frieten bakken is iets anders dan leuk. Het was een gezellige avond, ook al drong iedereen elkaars personal bubble binnen, wegens plaatsgebrek. En we moesten weer een keer niet zelf koken!
De volgende dag organiseerde Jeanhuim blijkbaar ook een feestje. Ook in onze keuken. Al om half zes kwamen de eerste gasten, waardoor we geen plaats en tijd meer hadden om gezond te koken. Op zulke momenten zijn Aiki noedels wel degelijk welkom. Magali had een hele doos vol speculaas, koekjes en Aiki gekregen van haar tante. En een dag later kreeg ik het pakje van ons mama. Speculaas! Daarmee komen we wel een tijdje toe. (Zeg ik terwijl ik geniet van een lekkere Lotusspeculoos)
Een van de gasten had een gitaar meegebracht en bijna alle jongens konden daarop spelen. Iedereen zong mee, behalve ik, want mijn kennis van Russische liedjes is nog vrij tot zeer beperkt. Het was weer een gezellig samenzijn met gitaarmuziek, Russengezang, augurken en wodka…veel wodka. En om even een misverstand de wereld uit te helpen. Rode wodka is alleen lekker in België! En eerlijk gezegd begin ik de wodka stilaan een beetje beu te worden. Ik mis de wandelingen door het bos op zoek naar smurfjes, maar dan ook nog roze vogels tegenkomen. In Rusland is het ook niet de gewoonte om wodka te mixen met iets anders. Wodka-cola, wodka-redbull drinken ze hier überhaupt niet. Puur natuur zoals dat heet. Jakkebak, ik ben het nog steeds niet gewoon en zal het denk ik ook nooit gewoon worden. Het fruitsap (ja, fruitsap red.) daarentegen is hier zeer smakelijk en tegelijk enorm suikerig en daardoor ook dikmakend. Ik denk dat ik sinds het begin van dit avontuur al zeker vier kilo ben bijgekomen. Mijn broeken passen nog allemaal, godzijdank, maar hoe lang nog, dat is me een raadsel.(Zeker nog drie maanden. red.)En met al die speculaas zeker. Gelukkig heb ik nu ook de juiste oplader voor mijn tandenborstel gekregen! Bedankt mama.




































Geen opmerkingen:

Een reactie posten